Hoofdrekenen tot 1000

De leerlingen maken op de site www.kabage.be oefeningen op optellen en aftrekken tot 1000, afhankelijk van waar ze iets minder goed in zijn. Een deel van de leerlingen werken aan oefeningen op een opdrachtenblad aan hun bank en mogen de hulp van hun buur inroepen. De rest werkt individueel aan de computer. Nadien wisselen de leerlingen. 

Bronnen:

Leerplan wiskunde VVKBAO (2002)

https://www.kabage.be/ict/e-wis3.html

Verantwoording: 

Vraag 1: waarom helpt deze activiteit bij het bereiken van de doelstellingen van het vak? De leerlingen werken individueel aan deze opdracht. Hierdoor kan je makkelijk differentiëren. Leerlingen die iets zwakker zijn in bewerkingen kunnen deze oefeningen maken om bij te benen, leerlingen die dan weer sterk zijn in wiskunde kan je moeilijkere oefeningen laten maken.

Vraag 2: waarom past deze activiteit bij de leerlingen van het 3^de leerjaar? Leerlingen van het 3^de leerjaar moeten kunnen werken met getallen tot 1000. Ook kunnen ze zelf makkelijk de oefeningen maken, de site is zeer duidelijk en handig. Het antwoord wordt altijd gecontroleerd.

Vraag 3: waarom past deze activiteit bij de gekozen ICT-eindterm?  De leerlingen zijn bekend met het werken op de computer. Ze kunnen gemakkelijk de oefeningen maken op deze educatieve webpagina.

Vraag 4: waarom verhoogt deze activiteit de kwaliteit van het onderwijs? Omdat er gedifferentieerd kan worden. Zwakkere leerlingen beperken zich tot het hoofdrekenen tot 1000. Sterkere leerlingen kunnen op de hele site oefeningen voor hen vinden zowel cijferen als maaltafels als breuken. 

Vraag 5: hoe zou je dit praktisch aanpakken in de klas? Zoals hierboven ook al aangegeven in de beschrijving, een deel van de leerlingen maken wiskundeopdrachten op een blad aan hun bank en mogen hun buur om hulp vragen. Het andere deel werkt individueel aan de computer.  Na 20 minuten wisselen de groepjes.

Eindterm: 6