Opdracht 8

Winkeltje

In de klas worden winkeltjes gemaakt. De leerlingen brengen van thuis voorwerpen mee. Minstens 10, dit kan een youghurtpotje zijn, een pot choco, melk enz.. De prijs zoeken ze op, op ‘Koekeltjes’, hier kunnen ze veilig mee op internet surfen. Ze schrijven de prijzen op en ordenen nu de spullen van goedkoop naar duur op hun bank. De leerlingen kunnen dan bij elkaar langsgaan en kijken welke voorwerpen hun medeleerlingen hebben meegebracht

 

Bronnen:

 

https://www.koekeltjes.nl/

 

Verantwoording: 

 

Vraag 1: waarom helpt deze activiteit bij het bereiken van de doelstellingen van het vak? Zo leren de leerlingen werken met euro’s. Ze kijken naar de prijzen, dit gaan vooral kommagetallen zijn en proberen de voorwerpen in de goede volgorde te plaatsen. Ze weten dat 1,50 euro meer is dan 1,22 euro. Dit hebben ze reeds geleerd bij de lessen van de euro’s.

Vraag 2: waarom past deze activiteit bij de leerlingen van het 3de leerjaar? Ze kregen een inleiding op de kommagetallen en zijn ook al zo’n getallen gaan zoeken in de school. Ook leren de leerlingen zo, dankzij de zoekmachine 'Koekeltjes' om veilig op internet te surfen.

Vraag 3: waarom past deze activiteit bij de gekozen ICT-eindterm? Omdat de leerlingen door het gebruik van ‘Koekeltjes’ op een veilige en verantwoorde manier op het internet surfen.

Vraag 4: waarom verhoogt deze activiteit de kwaliteit van het onderwijs? Ook hier gaan de leerlingen weer actief aan de slag. Ze zoeken thuis zelf voorwerpen, brengen die mee, zoeken de prijzen op en rangschikken de spullen van goedkoop naar duur.

Vraag 5: hoe zou je dit praktisch aanpakken in de klas? De leerlingen schrijven op een blad al de meegebrachte voorwerpen op. Om beurt zoeken ze de prijzen op, op de computer en noteren ze dit op hun blad achter het juiste voorwerp. Wanneer leerlingen hun voorwerpen aan het ordenen zijn naargelang de prijs, kunnen er weer andere leerlingen op de computer zoeken. 

 

Eindterm: 8